Op de stenen rand staat een gedicht (2009) van literatuurhistoricus en schrijver
Piet Calis, beginnend aan de rechterzijde van Joost van den Vondel:
GEBOREN IN EEN ANDER LAND EN VERVULD VAN GELUK OM DE VRIJHEID DIE HEM IN DEZE BLOEIENDE STAD TEN DEEL IS GEVALLEN, KIJKT DE DICHTER DES VADERLANDS JOOST VAN DEN VONDEL GENIETEND OM ZICH HEEN EN ZINGT HIJ:
AAN DE AEMSTEL EN AAN HET IJ, DAAR DOET ZICH HEERLIJK OPEN ZIJ DIE ALS KEIZERIN DE KROON DRAAGT VAN EUROPE: AMSTERDAM.
DE GROENE HALSBANDPARKIETEN VAN HEINDE EN VER GEKOMEN, NESTELEN IN DIT PARK, LATEN VOL GEESTDRIFT HUN LOKROEP HOREN EN DANSEN OP DE EINDELOZE RITMES VAN DE LUCHT. EN EEN GEÏNSPIREERDE VONDEL TEKENT OP:
AI LAAT ONS BEURTEWIJS DEN TOON DER VOGELEN, VROEG AAN ’T KWINKELEREN, NAVOLGEN, EN ’T GELUID SCHAKEREN, EN STRENGELEN TOT ENE KROON.
Piet Calis schreef een biografie over Joost van den Vondel
Het verhaal van zijn leven (1587-1679)
Uitgegeven in 2008 door
J. M. Meulenhoff bv, Amsterdam
ISBN 978 90 290 8148 1 / NUR 621 Gebonden, 464 bladzijden.
Informatie over het boek op pagina
Boeken.