Hoe inventariseer je bomen, heesters en planten wanneer je geen goede kaart hebt?
Dan bedenk je een systeem en teken je de kaarten zelf.
Het hele park werd gevat in een
overzichtskaart 1:2500 en vier
kaarten 1:1000 met de afkortingen K2, K3, K4 en K5.
Het systeem van indeling
Het hele park werd in drie
gebieden verdeeld, A, B en C.
Binnen zo'n gebied zijn
vakken gemaakt en die hebben een cijfer (1 t/m 10). In zo'n vak liggen
beplantingsvakken met een letter (A t/m E).
Als voorbeeld: in gebied C ligt het vak 6 en daarin liggen 3 beplantingsvakken, A, B en C, zie de
tekening van vak C6.
De kaarten
Definitieve exemplaren, maar nog meer kaarten die voor het inmeten werden gebruikt, voor de volledigheid allemaal te raadplegen. Gebruik hiertoe de verschillende knoppen op de pagina of het zoeksysteem.
Niet alle beplantingsvakken zijn ingevuld met beplanting.
Charles Haak gebruikte de wetenschappelijke namen van bomen, heesters en planten, vaak afgekort.
Beplantingsvakken
Totaal 65 beplantingsvakken.
22 grasvakken,
42 heestervakken en
1 boomgroep.
Parknamen
Alle paden en waterlopen kregen een naam van Charles Haak.
Het overzicht 1961 van alle
Parknamen Beatrixpark.